toonhoogte
Nederlands
Woordafbreking
- toon·hoog·te
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van toon en hoogte
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | toonhoogte | toonhoogten toonhoogtes |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
toonhoogte v
- (natuurkunde) de frequentie van de grondtoon van een geluidssignaal
- Kinderen kunnen nog een toonhoogte van 20 kHz horen.
- (muziek) de relatieve afstand van een toon ten opzichte van een andere toon
- Let erop dat tijdens het zingen de toonhoogte niet lager wordt.
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord toonhoogte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'toonhoogte' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.