pitch

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pitch

Werkwoord

vervoeging van
pitchen

pitch

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pitchen
    • Ik pitch. 
  2. gebiedende wijs van pitchen
    • Pitch! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pitchen
    • Pitch je? 

Gangbaarheid

  • Het woord pitch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Engels

Uitspraak
enkelvoud meervoud
pitch pitches

Zelfstandig naamwoord

pitch

  1. veld, terrein
  2. toonhoogte
  3. worp
  4. pek

Werkwoord

pitch

  1. gooien
  2. op een toon zetten
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.