toilettas
Nederlands
Woordafbreking
- toi·let·tas
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van toilet en tas (toilet bet. 3)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | toilettas | toilettassen |
verkleinwoord | toilettasje | toilettasjes |
Zelfstandig naamwoord
toilettas v / m
- (huishouden) kleine tas om toiletartikelen in te bewaren
- In mijn toilettas zat ook nog een andere shampoo, van het merk Dove.[1]
Synoniemen
- toiletzak
Vertalingen
1. kleine tas om toiletartikelen in te bewaren
Gangbaarheid
- Het woord toilettas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'toilettas' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.