tobbe
Nederlands
Woordafbreking
- tob·be
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘kuip’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1252 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tobbe | tobbes |
verkleinwoord | tobbetje | tobbetjes |
Zelfstandig naamwoord
tobbe v/m
- een (houten) vat dat naar boven wijder wordt, teil
- Hij had een verzameling tobbes in de achtertuin staan.
- een (gebakken en geglasuurde) aarden kruik met een voet, een vlakke bovenrand en 2 oren waar vlees in gepekeld werd om te bewaren in de kelder. Kon wel tot 100 liter groot zijn.
Gangbaarheid
- Het woord tobbe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'tobbe' herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.