taats
Nederlands
Zelfstandig naamwoord
taats v/m
- (techniek) spijker met ronde kop
- De taats van een priktol.
- (techniek) de tap waar een vertikale as draaibaar op steunt
- De balk met het grote tandwiel, heeft een metalen taats die in een taatspot draait.
Afgeleide begrippen
- taatskom, taatslager, taatsplaat, taatspot
Gangbaarheid
- Het woord taats staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'taats' herkend door:
19 % | van de Nederlanders; |
11 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.