straffeloos

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • straf·fe·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen straffeloosstraffelozerstraffeloost
verbogen straffelozestraffelozerestraffelooste
partitief straffeloosstraffelozers-

Bijvoeglijk naamwoord

straffeloos [2]

  1. zonder dat straf volgt, zonder nadelige gevolgen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord straffeloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.