stalen
Nederlands
Woordafbreking
- sta·len
Hyponiemen
Zelfstandig naamwoord
stalen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord staal
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
stalen |
staalde |
gestaald |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
stalen
- overgankelijk hard, sterk maken
- De sport staalt het lichaam, scherpt den geest en leidt tot soberheid en matigheid. [4]
Hyponiemen
- verstalen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
stelen |
stalen
- meervoud verleden tijd van stelen
- Wij stalen.
- Jullie stalen.
- Zij stalen.
- Wij stalen.
Gangbaarheid
- Het woord stalen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stalen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- stalen op website: Etymologiebank.nl
- stalen op website: Etymologiebank.nl
- stalen op website: Etymologiebank.nl
- SDAP'er Jan Schaper tijdens een Tweede Kamervergadering op 5 mei 1925
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.