stelen
Nederlands
Woordafbreking
- ste·len
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘heimelijk wegnemen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
stelen |
stal |
gestolen |
klasse 4 | volledig |
Werkwoord
stelen
- overgankelijk iets wegnemen van iemand en het zich wederrechtelijk toe-eigenen
- Het bleek dat zijn mobieltje gestolen was door Ronald.
Hyponiemen
- afstelen, bestelen, leegstelen, ontstelen, wegstelen
Afgeleide begrippen
- steler
Vertalingen
1. iets wegnemen van iemand en het zich wederrechtelijk toe-eigenen
Gangbaarheid
- Het woord stelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stelen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.