smakken
Nederlands
Woordafbreking
- smak·ken
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘klappend geluid met lippen maken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1624 [1]
- In de betekenis van ‘smijten’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1450 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
smakken |
smakte |
gesmakt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
smakken
- Bij de botsing smakte de voetganger tegen een paaltje.
- een klappend geluid met de mond maken bij gretig eten of zoenen
- De maaltijd was zo lekker, dat de jongens hem smakkend verorberden.
Gangbaarheid
- Het woord smakken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'smakken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.