semantiek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • se·man·tiek
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘betekenisleer’ voor het eerst aangetroffen in 1903 [1]
  • afgeleid van het Griekse 'sèma' (sein, teken) met het achtervoegsel -iek [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord semantiek
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

semantiek v

  1. is de wetenschap die zich bezig houdt met de betekenis van taalkundige constructies zoals woorden (woordsemantiek) en zinnen (zinssemantiek). Ze heeft een hoog filosofisch gehalte.
Synoniemen
  • betekenisleer
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord semantiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
81 %van de Nederlanders;
88 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.