sacar

Spaans

Uitspraak
  • IPA: /sa.ˈkaɾ/
Woordafbreking
  • sa·car
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
sacar
sacaba
sacado
volledig

Werkwoord

sacar

  1. onovergankelijk de bal in het spel brengen aftrappen, ingooien (voetbal), serveren (tennis)
  2. overgankelijk weghalen, uithalen, bevrijden
  3. halen, te voorschijn halen
  4. redden (uit een situatie)
  5. oplossen
  6. herkennen
  7. bereiken
Verwante begrippen
Synoniemen

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.