overleggen
Nederlands
Woordafbreking
- over·leg·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van over en leggen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
overleggen |
overlegde |
overlegd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
(niet scheidbaar)
overléggen
- gezamenlijk bespreken
- Er moest druk worden overlegd om de zaken niet te laten escaleren.
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
- overlegcomité, overlegcultuur, overlegdemocratie, overlegeconomie, overlegging, overlegmodel, overlegmoeder, overlegorgaan, overlegpagina, overlegsituatie, overlegstructuur
Vertalingen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
overleggen |
legde over |
overgelegd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
(scheidbaar)
óverleggen
- ter inzage geven van documenten aan bevoegde personen
- Hij was de gegevens, die bij de aanvraag moeten worden overgelegd, vergeten mee te nemen.
Gangbaarheid
- Het woord overleggen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'overleggen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.