discussiëren
Nederlands
Woordafbreking
- dis·cus·sië·ren, dis·cus·si·eren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
discussiëren |
discussieerde |
gediscussieerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
discussiëren
- inergatief van gedachten wisselen, een discussie voeren waarbij de verschillende gesprekspartners verschillende en soms ook tegengestelde meningen hebben
- Er werd eindeloos gediscussieerd over de kleur van de vloerbekking.
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord discussiëren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'discussiëren' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.