orkaan

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • or·kaan
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Spaans, in de betekenis van ‘hevige stormwind’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1657 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord orkaan orkanen
verkleinwoord orkaantje orkaantjes

Zelfstandig naamwoord

orkaan m

  1. (meteorologie) een bijzonder hevige storm
    • In het boek stond het ontstaan van een orkaan uitgelegd. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord orkaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Afrikaans

Zelfstandig naamwoord

orkaan

  1. orkaan


Estisch

Zelfstandig naamwoord

orkaan

  1. orkaan
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.