ook
Nederlands
Woordafbreking
- ook
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘bijwoord van modaliteit: bovendien’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1001 [1]
|
|
Bijwoord
ook
- daarnaast; verder; tevens
- Ook de brandweer was naar het ongeluk toegekomen.
Uitdrukkingen en gezegden
- ook al
- ook maar
zelfs niet dat weinige
- Hij verliet het land zonder ook maar een keer terug te komen. (Hij kwam dus nul keer terug)
Gangbaarheid
- Het woord ook staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ook' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.