onbewogen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·be·wo·gen
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen onbewogenonbewogeneronbewogenst
verbogen onbewogenste
partitief onbewogens--

Bijvoeglijk naamwoord

onbewogen

  1. kalm, rustig
    • De burgemeester keek onbewogen naar de zaal waarin mensen zich verschrikkelijk aan het opwinden waren. 
  1. hard, meedogenloos
    • De misdadiger keek onbewogen toe hoe zijn slachtoffer dood ging. 
Verwante begrippen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
  • onbewogenheid
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord onbewogen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.