noen
Nederlands
Woordafbreking
- noen
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘middag’ voor het eerst aangetroffen in 1236 [1]
- [m] van Middelnederlands none
- [v / m] Herkomst: Hebreeuws en/of Jiddisj [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | noen | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
noen m
- (tijdrekening) twaalf uur in de middag
- Pas tegen de noen zou de jongen tevoorschijn komen.[3]
Antoniemen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | noen | noens |
verkleinwoord |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als vrouwelijk zelfstandig naamwoord.
Zelfstandig naamwoord
noen v/m
Gangbaarheid
- Het woord noen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'noen' herkend door:
64 % | van de Nederlanders; |
69 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "noen" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- Kruistocht in spijkerbroek. T. Beckman 2004
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈnuːən /
Woordafbreking
- no·en
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Oudnoorse woord nǫkurr.
Naar frequentie | 60 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
mannelijk | vrouwelijk | onzijdig | ||
voornaamwoord | noen | noen | noe | noen |
Onbepaald voornaamwoord
noen, m/v
- iemand, mannelijke en vrouwelijke vorm enkelvoud van het onbepaalde voornaamwoord noen
- een of ander, een
Nynorsk
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.