nazaat

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • na·zaat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nazaat nazaten
verkleinwoord nazaatje nazaatjes

Zelfstandig naamwoord

nazaat m

  1. iemand met een specifieke voorouder of specifieke voorouders
    • Hij is een verre nazaat van Karel de Grote. 
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord nazaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.