nagelbed

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • na·gel·bed
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nagelbed nagelbedden
verkleinwoord nagelbedje nagelbedjes

Zelfstandig naamwoord

nagelbed o

  1. (anatomie) een weefsel onder en achter de nagel, waar de nagel uitgroeit
Synoniemen
  • lectulus unguis
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord nagelbed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.