moeten
Nederlands
Woordafbreking
- moe·ten
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘verplicht zijn, behoren’ voor het eerst aangetroffen in 1201 [1]
|
|
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
moeten |
moest |
gemoeten |
onregelmatig | volledig |
Werkwoord
moeten
- modaal werkwoord: gedwongen zijn
- Ik moet naar de wc.
- Hij moest nog drie jaar brommen.
Hyponiemen
- ontmoeten, wegmoeten
Afgeleide begrippen
- moethond
Uitdrukkingen en gezegden
|
Vertalingen
1. gedwongen zijn
de woning uit moeten
|
het moeten ontgelden
|
Gangbaarheid
- Het woord moeten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'moeten' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.