moest

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  moest    (hulp, bestand)
  • IPA: /must/
Woordafbreking
  • moest

Werkwoord

vervoeging van
moeten

moest

  1. enkelvoud verleden tijd van moeten
    • Ik moest. 
    • Jij moest. 
    • Hij, zij, het moest. 

Werkwoord

vervoeging van
moezen

moest

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moezen
    • Jij moest. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moezen
    • Hij moest. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van moezen
    • Moest! 

Bijvoeglijk naamwoord

moest

  1. onverbogen vorm van de overtreffende trap van moe

Gangbaarheid

  • Het woord moest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.