mensenvlees
Nederlands
Woordafbreking
- men·sen·vlees
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van mens en vlees met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mensenvlees | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
mensenvlees o [1]
- het vlees van mensen
- In Moldavië zijn twee vrouwen gearresteerd wegens het verkopen van mensenvlees. Ze vertelden de politie dat het mensenvlees afkomstig was uit een ziekenhuis voor kankerpatiënten. Naar de rol van dat ziekenhuis wordt een onderzoek ingesteld. Moldavië is de afgelopen tien jaar drastisch verpauperd. [2]
- het menselijk lichaam
- Het grote gebaar kenmerkt het werk van de Antwerpse schilder Peter Paul Rubens (1577-1640). Grote oppervlakken naakt mensenvlees zijn prominent in zijn werk aanwezig. [3]
Typische woordcombinaties
- handelaar in mensenvlees
pooier, ronselaar voor het leger
- handelen in mensenvlees
prostitutie, ronselen voor het leger
Gangbaarheid
- Het woord mensenvlees staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'mensenvlees' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC 2 april 2001
- NRC Bram de Klerck 28 oktober 2006
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.