mees

Nederlands

Uitspraak

Geluid: mees (hulp, bestand)

Woordafbreking

mees

Woordherkomst en -opbouw

[1]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	mees	mezen
verkleinwoord	meesje	meesjes

Zelfstandig naamwoord

mees v/m

(vogels) Paridae , een kleine weinig schuwe zangvogel

Hyponiemen

azuurmees
baardmees

buidelmees
koolmees
kuifmees

matkopmees
ornaatmees
palawanmees

pimpelmees
prachtmees
rietmees

ringelmees
staartmees
sultanmees

Vertalingen

1. Paridae, een kleine weinig schuwe zangvogel

Albanees: trishtil ^(sq)
Deens: mejse ^(da)
Duits: Meise ^(de) v
Engels: tit ^(en), titmouse ^(en)
Esperanto: parida familio ^(eo)
Fins: tiainen ^(fi)
Frans: mésange ^(fr) v
Hongaars: cinege ^(hu)
IJslands: meisa ^(is)
Italiaans: cincia ^(it) v, cinciallegra ^(it) v, cingallegra ^(it) v

Litouws: zyliniai ^(lt)
Maltees: fiorentin ^(mt) m
Pools: sikora ^(pl)
Portugees: chapim ^(pt)
Retoromaans: maset ^(rm) m
Sloveens: sinica ^(sl)
Spaans: carbonero ^(es) m, herrerillo ^(es) m
Tsjechisch: sýkorovití ^(cs), sýkora ^(cs) v
Zweeds: mes ^(sv)

Gangbaarheid

Het woord mees staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'mees' herkend door:

98 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

mees op website: Etymologiebank.nl

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
mear

mees

aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van mear

gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van mear

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.