lijkschouwer
Nederlands
Woordafbreking
- lijk·schou·wer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van lijk en schouwer (iemand die lijken schouwt)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lijkschouwer | lijkschouwers |
verkleinwoord | lijkschouwertje | lijkschouwertjes |
Zelfstandig naamwoord
lijkschouwer m
- (medisch) arts die het lichaam van een overledene onderzoekt om de doodsoorzaak vast te stellen
Vertalingen
1. arts die het lichaam van een overledene onderzoekt om de doodsoorzaak vast te stellen
Gangbaarheid
- Het woord lijkschouwer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'lijkschouwer' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.