lijken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lijken    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɛi.kə(n)/
  • IPA: /ˈlɛ.kə(n)/
Woordafbreking
  • lij·ken
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘gelijken’ voor het eerst aangetroffen in 1450 [1]
  • afkomstig van:
Middelnederlands: liken, geliken
Oudnederlands: līkon, gilīkon
Germaans: *galīkōnan
  • Verwant in Germaans:
West: Duits: gleichen, (Oudhoogduits: gilīhhon), Fries: lykje (Oudfries: līkia, bilīka, gilīkon)
Oost: Gotisch: galeikōn
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lijken
leek
geleken
klasse 1 volledig

Werkwoord

lijken [2]

  1. absoluut ~ op: uitzien als [3]
    • Dit lijkt op een geval van mazelen. 
  1. koppelwerkwoord naar aanschijn zijn
    • Dit lijkt fantastisch, maar bij nader aanzien valt het tegen. 
  1. bevallen [4] [5]
Vaste voorzetsels
  • lijken op
Vertalingen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lijken
lijkte
gelijkt
zwak -t volledig

Werkwoord

lijken [6]

  1. overgankelijk (scheepvaart) met lijken (zoomtouwen) omzomen van zeilen
  2. een kadaver afleggen ??

Zelfstandig naamwoord

lijken mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord lijk

Gangbaarheid

  • Het woord lijken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.