ketel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ketel    (hulp, bestand)
  • IPA: /'ketəl/
Woordafbreking
  • ke·tel
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘vat’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord ketel ketels
verkleinwoord keteltje keteltjes

Zelfstandig naamwoord

ketel m

  1. een meestal rond metalen vat, vaak geschikt om onder druk gezet te worden
    • Zonder ketels zouden de stoommachine en de Industriële Revolutie niet mogelijk geweest zijn. 
  1. (huishouden) (kookkunst) object om water aan de kook te brengen b.v. een fluitketel, waterketel
  2. (aardrijkskunde) keteldal
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ketel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.