kernenergie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kern·ener·gie
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘energie die vrijkomt bij de splitsing van atoomkernen’ voor het eerst aangetroffen in 1950 [1]
  • samenstelling van  kern   en  energie   (kern bet. 3)
enkelvoud meervoud
naamwoord kernenergie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

kernenergie v

  1. (techniek) energie geproduceerd door kernfusie of kernsplijting, waarmee in een kerncentrale elektriciteit wordt opgewekt
    • In de jaren tachtig liepen de emoties hoog op in de discussie over kernenergie. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kernenergie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.