jury

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ju·ry
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘beoordelingscommissie, beëdigd college’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord jury jury's
verkleinwoord jury'tje jury'tjes

Zelfstandig naamwoord

jury v/m

  1. een groep mensen die oordeelkundig geacht wordt en gevraagd een oordeel ergens over uit te spreken
  2. (juridisch) college van beëdigde leken dat in een rechtszaak de schuldvraag moet beantwoorden
Hyponiemen
  • examenjury
  • jeugdjury
  • jongerenjury
  • rechtbankjury
  • vakjury
  • volksjury
  • wedstrijdjury
Afgeleide begrippen
  • jurytribune
  • juryuitspraak
  • juryverslag
  • juryvoorzitter
  • jurywagen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord jury staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.