vakjury

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vak·ju·ry
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vakjury vakjury's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

vakjury v/m

  1. een groep deskundige vakgenoten die bepaalt wie de winnaar is van een wedstrijd
    • Boef is in december tweemaal genomineerd door de vakjury: voor de single Krantenwijk, die hij samen met collega Lil Kleine maakte, en voor de videoclip bij zijn nummer Habiba. Naast Wijlaars bestaat de vakjury uit Radio 2-dj’s Ruud de Wild en Annemieke Schollaardt, Diederik van Zessen (3FM), Menno de Boer (538), Dieuwertje Heuvelings (Spotify) en popjournalist Saul van Stapele.[1] 
    • De afgelopen twee weken konden mensen hun stem uitbrengen op een van drie genomineerden, die door een vakjury waren gekozen uit 26 voordrachten. Naast De Graaf waren A.L. Snijders, de bedenker van het Zeer Korte Verhaal, en de Belgische schrijver en presentator Dimitri Verhulst genomineerd voor de eretitel.[2] 

Gangbaarheid

  • Het woord vakjury staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. de Telegraaf 08 jan. 2018
  2. de Telegraaf 30 dec. 2017
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.