jurylid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  jurylid    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈʒyrilɪt/
Woordafbreking
  • ju·ry·lid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jurylid juryleden
verkleinwoord jurylidje jurylidjes

Zelfstandig naamwoord

jurylid o

  1. persoon die deel uitmaakt van een jury
    • Mevrouw Jansen werd aangeduid als jurylid. Zij was één van de twaalf juryleden. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord jurylid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.