juridisch

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ju·ri·disch
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen juridischjuridischer
verbogen juridischejuridischere
partitief juridischjuridischers-
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘rechtskundig’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1751 [1]

Bijvoeglijk naamwoord

juridisch

  1. betrekking hebbend op het recht en de rechtsleer
    • Hij is een juridisch expert. 
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden

het juridische steekspel.

Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord juridisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.