inbussleutel

1. een stuk gereedschap om inbusschroeven vast te zetten of los te draaien

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·bus·sleu·tel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord inbussleutel inbussleutels
verkleinwoord inbussleuteltje inbussleuteltjes

Zelfstandig naamwoord

inbussleutel m

  1. (gereedschap) een stuk gereedschap om inbusschroeven vast te zetten of los te draaien
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord inbussleutel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.