hoosbui

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hoosbui    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈɦosbœʏ̯/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈhosbœː/
Woordafbreking
  • hoos·bui
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hoosbui hoosbuien
verkleinwoord hoosbuitje hoosbuitjes

Zelfstandig naamwoord

hoosbui v/m

  1. een zeer heftige regenbui
    • Doordat zij door de hoosbui naar huis hadden moeten fietsen, waren zij volkomen doorweekt. 
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hoosbui staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
45 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.