hoofdpijn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hoofdpijn    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhoftpɛin/
Woordafbreking
  • hoofd·pijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hoofdpijn hoofdpijnen
verkleinwoord hoofdpijntje hoofdpijntjes

Zelfstandig naamwoord

hoofdpijn v/m

  1. (medisch) pijn in het hoofd
    • Omdat ik al een tijdje last van hoofdpijn heb, ben ik gisteren aspirines gaan kopen. 
Hyponiemen
  • clusterhoofdpijn, ijshoofdpijn, spanningshoofdpijn, spierspanningshoofdpijn
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hoofdpijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.