handvaardigheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hand·vaar·dig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handvaardigheid handvaardigheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

handvaardigheid v

  1. de vaardigheid om met de hand werkzaamheden te verrichten.
  2. (onderwijs) een schoolvak waarin kinderen leren gereedschappen te gebruiken voor het maken van allerlei voorwerpen en het uiten van creativiteit.
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord handvaardigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.