greiða

Oudnoords

Woordafbreking
  • grei·ða
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
greiða
greiðar
greiðaði
greiðat
Klasse 1 zwak volledig

Werkwoord

greiða

  1. ordenen, rangschikken
  2. klaarmaken
  3. doen, maken
  4. betalen, voldoen
  5. helpen, bijstaan
Synoniemen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.