gijzelnemer

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gij·zel·ne·mer
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van gijzel en de stam van nemen met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord gijzelnemer gijzelnemers
verkleinwoord gijzelnemertje gijzelnemertjes

Zelfstandig naamwoord

gijzelnemer m

  1. iemand die personen in gijzeling neemt
    • De gijzelnemer werd ter plekke neergeschoten. 
Synoniemen
  • gijzelhouder
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gijzelnemer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.