gezichtspunt
Nederlands
Woordafbreking
- ge·zichts·punt
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘oogpunt’ voor het eerst aangetroffen in 1784 [1]
- samenstelling van gezicht en punt met het invoegsel -s- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gezichtspunt | gezichtspunten |
verkleinwoord | gezichtspuntje | gezichtspuntjes |
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord gezichtspunt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gezichtspunt' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.