gedrag

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·drag
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘wijze van doen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1701 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord gedrag -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

gedrag o

  1. de manier waarop iemand optreedt of waarop iets ergens op reageert
    • Het elektrisch gedrag van halfgeleiders hangt sterk van hun gehalte aan onzuiverheden af. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gedrag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.