gaspedaal
Nederlands
Woordafbreking
- gas·pe·daal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gas en pedaal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gaspedaal | gaspedalen |
verkleinwoord | gaspedaaltje | gaspedaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
gaspedaal o
- (verkeer) het rechter pedaal van een auto waarmee de brandstoftoevoer naar de motor geregeld wordt
- Hij liet het gaspedaal los en liet zijn auto geleidelijk tot stilstand komen.
Vertalingen
het rechter pedaal van een auto waarmee de brandstoftoevoer naar de motor geregeld wordt
|
|
Gangbaarheid
- Het woord gaspedaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gaspedaal' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.