gangsnelheid
Nederlands
Woordafbreking
- gang·snel·heid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gang zn en snelheid zn , met 'gang' als naamwoord van handeling van het werkwoord gaan
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gangsnelheid | gangsnelheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
gangsnelheid v
- (medisch) tempo waarin iemand zich in het dagelijks leven gewoonlijk te voet verplaatst
- Oudere personen kiezen voor een lagere gangsnelheid en een geringere paslengte. [1]
- (techniek) (verouderd) tempo waarin een apparaat werkt
- In de memorie welke zijn brevet toelichtte, stelde Beau de Rochas reeds de echte grondregelen vast welke men bij de vervaardiging van gasmotoren moet volgen:
1e dat de cilinder den grootst mogelijken inhoud aanbiede, gepaard met het minimum van oppervlakte aan den omtrek;
2e dat de zuiger de grootst mogelijke gangsnelheid hebbe;
3e dat de gassen zich zooveel mogelijk kunnen uitzetten;
4e dat zij met het maximum van den aanvangsdruk begaafd zijn; [2]
- In de memorie welke zijn brevet toelichtte, stelde Beau de Rochas reeds de echte grondregelen vast welke men bij de vervaardiging van gasmotoren moet volgen:
Gangbaarheid
- Het woord 'gangsnelheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Lohman, A.H.M. & A. Zuidgeest "Vorm en Beweging: Leerboek Van Het Bewegingsapparaat Van de Mens" 12e druk (2011) Bohn Stafleu van Loghum, Houten; ISBN 9789031387267; p. 408; geraadpleegd 2017-09-27
- Pyfferoen, O. (ed.) Vlaemminck "Verslag over de motoren" in: Verslagen Internationale Tentoonstelling van Ambachtswerktuigen, Gent juli 1904 (1904) Wetenschappelijke boekhandel Van Goethem, Gent; p. 300; geraadpleegd 2017-09-27
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.