flauwekul
Nederlands
Woordafbreking
- flau·we·kul
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘kletspraat’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1989 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | flauwekul | - |
verkleinwoord | flauwekulletje | flauwekulletjes |
Gangbaarheid
- Het woord flauwekul staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'flauwekul' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.