zotteklap

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zot·te·klap
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

enkelvoud meervoud
naamwoord zotteklap -
verkleinwoord - -

zotteklap m

  1. mal gepraat, onzin
    • Hou 'ns op met die zotteklap! 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord zotteklap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
58 %van de Nederlanders;
66 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.