dwarsbeuk
Nederlands
![](../I/m/Transept.png)
Positionering van de dwarsbeuk in een kerk
Woordafbreking
- dwars·beuk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dwars bn en beuk zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dwarsbeuk | dwarsbeuken |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
dwarsbeuk v/m [1]
- Van de nachtzijde komt een zacht geklepper dat klinkt als een dialoog, en uit het donker verschijnt een ooievaar die met snelle vleugelslag om het gebouw vliegt, op weg naar de zuidelijke dwarsbeuk. [2]
- Beetje populair en gemakkelijk boek qua opzet, maar voor de liefhebber van torenspitsen, lancetbogen en dwarsbeuken lang niet onaardig. Het biedt een overzicht van zo'n `hundred jewels of European architecture', met het accent op kathedralen in Italië, Frankrijk en Spanje. Nederland wordt vertegenwoordigd door de Utrechtse Dom en de St. Jan in Den Bosch met zijn `extravagant variety of structural forms.' [3]
Synoniemen
- dwarsschip, kruisbeuk, transept
Gangbaarheid
- Het woord dwarsbeuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'dwarsbeuk' herkend door:
75 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC Samuel de Lange 29 maart 1997 León 1989
- NRC Henk Lagerwaard 23 april 1999 Ramsj
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.