dwangarbeider
Nederlands
Woordafbreking
- dwang·ar·bei·der
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dwang en arbeider
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dwangarbeider | dwangarbeiders |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
dwangarbeider m
- gevangene die gedwongen wordt arbeid te verrichten
- Onder leiding van de Slowaakse rooms-katholieke priester en politicus Tiso werden in 1942 58.000 Slowaakse joodse mannen weggevoerd naar Duitse dwangarbeiderskampen, de nazi’s betaalden Slowakije 500 Reichsmark per afgevoerde Joodse dwangarbeider en lieten de achtergebleven familieleden in jodenwijken wonen.
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord dwangarbeider staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.