doemdenker
Nederlands
![](../I/m/Diamonds_in_the_rough%2C_acres_and_acres_of_diamonds_(1914)_(14776872301).jpg)
de doemdenker denkt nu al aan de onvermijdelijke dood die hem of haar te wachten staat
Woordafbreking
- doem·den·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van doem zn en denker zn [1]
- Naamwoord van handeling van doemdenken met het achtervoegsel -er [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | doemdenker | doemdenkers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
doemdenker m
- iemand die voorspelt dat er rampen zullen gebeuren
- Iedere jaarwisseling levert de nodige liters spraakwater aan zowel doem- als wensdenkers.[3]
- Door diepzeemijnbouw loopt de wereld echter wel risico soorten kwijt te raken, waarschuwt Van Oevelen. „Er leven soorten in de diepzee die we nog nooit hebben gezien. Ik wil geen doemdenker zijn, maar gebieden die je leeghaalt, zijn voor langere tijd of zelfs definitief verstoord.”[4]
Verwante begrippen
- doemdenken, doemdenkerij
Gangbaarheid
- Het woord doemdenker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'doemdenker' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- doemdenker op website: Etymologiebank.nl
- doemdenker op website: Etymologiebank.nl
- Reformatorisch Dagblad ds. J. Belder 05-01-2017 Column: Ik weiger een doemdenker te zijn
- Reformatorisch Dagblad Bart van den Dikkenberg 04-05-2016 Mijnbouw onder water funest voor zeeleven
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.