diplomatiek
Nederlands
Woordafbreking
- di·plo·ma·tiek
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | diplomatiek | diplomatieker | diplomatiekst |
verbogen | diplomatieke | diplomatiekere | diplomatiekste |
partitief | diplomatieks | diplomatiekers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
diplomatiek [2]
- (diplomatie) betrekking hebbende op de diplomatie
- Niet voor niets liepen de Amerikanen zich in 2005 het vuur uit de sloffen, toen een Noord-Koreaanse delegatie bij hen op bezoek was. Ze fêteerden hen in de meest exclusieve clubs van New York en stelden hen voor aan Amerikaanse diplomatieke zwaargewichten, ook al maakte (en maakt) het Noord-Koreaanse propaganda-apparaat de Amerikanen al decennia uit voor rotte vis. „Zouden de Noord-Koreanen ooit de binnenkant van ‘21 Club’ hebben gezien, als ze geen kernwapens hadden”, verzuchtte een van de aanwezigen, Korea-expert en voormalige presidentieel adviseur Victor Cha, naderhand.[3]
- een diplomatiek persoon probeert, zonder mensen boos te maken, zijn eigen doel te bereiken
- Als je zo diplomatiek bent, waarom kun je mensen dan zo slecht overtuigen van je gelijk dat je ze uit pure frustratie gaat beledigen?[4]
Verwijzingen
- diplomatiek op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC Floris van Straaten 7 januari 2016
- NRC Maxim Februari 28 juni 2016
Vertalingen
1. betrekking hebbende op de diplomatie
|
Zelfstandig naamwoord
diplomatiek v
- een hulpwetenschap van de geschiedschrijving die het ontstaan, de vorm en geschiedenis van oorkonden onderzoekt.
Gangbaarheid
- Het woord diplomatiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'diplomatiek' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.