deelnemen

Nederlands

naamwoord van handeling
zelfstandig bijvoeglijk
deelnemendeelnemend
deelnamedeelgenomen
deelneming
Uitspraak
Woordafbreking
  • deel·ne·men
Woordherkomst en -opbouw
Vaste voorzetsels
  • deelnemen aan
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
deelnemen
nam deel
deelgenomen
klasse 4 volledig

Werkwoord

deelnemen

  1. ~ aan: meedoen, meevoelen
    • Een nieuwe partij wil deelnemen aan de komende parlementsverkiezing. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord deelnemen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.