conflict

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·flict
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘onenigheid’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1658 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord conflict conflicten
verkleinwoord conflictje conflictjes

Zelfstandig naamwoord

conflict o

  1. meningsverschil, botsing tussen partijen die onverzoenlijke doelstellingen nastreven
  2. onverenigbaarheid (vgl. bewerkingsconflict)
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen


Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord conflict staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.