composer

Nederlands
Uitspraak
  • Geluid:  composer    (hulp, bestand)
  • IPA: / kɔmˈpozər /
Woordafbreking
  • com·po·ser
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord composer composers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

composer m

  1. (geschiedenis) schrijfmachine met verwisselbare lettertypen, vaak gebruikt om eenvoudig zetsel voor goedkoop drukwerk te maken
    • Hij kan zich nog goed herinneren dat de krant vroeger letter voor letter in lood werd gezet. Daarna kwam de typemachine. De composer, een elektronische typemachine, leek een revolutie in de jaren tachtig. [2]

Gangbaarheid
  • Het woord composer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
76 %van de Nederlanders;
68 %van de Vlamingen.

Verwijzingen
  1. composer op website: Etymologiebank.nl
  2. Troon, E. Jarige Morpurgo volgt het nieuws op de voet in: "Starnieuws" (10 februari 2013) op website: WerkgroepCaraibischeLetteren.nl; geraadpleegd 2019-04-14

Engels
Uitspraak
enkelvoud meervoud
composer composers

Zelfstandig naamwoord

composer

  1. (muziek) componist

Frans
Uitspraak
stamtijd
infinitief verleden
tijd		 voltooid
deelwoord
composer
composais
composé
eerste groep volledig

Werkwoord

composer

  1. (muziek) componeren
  2. maken, samenstellen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.